Keverbanken voor patrijzen

 

Het idee komt uit Engeland, en klinkt daar heel lekker: beetle banks. In het Nederlands: keverbank. Een strook akkerland die, als natuurmaatregel, kan zorgen voor meer insecten en dus vogels.

*Noot van de redactie: Onderstaand stukje troffen wij in nature today (Bron: Nature today 2017 05 09, Vogelbescherming Nederland).  

ANV Kempenland voert momenteel een patrijzenproject uit in Hilvarenbeek onder de naam: PatrijsParadijs Hilvarenbeek

Door het intensieve landgebruik is in het akkerland nog maar beperkt plaats voor natuur. Soorten planten en dieren die vroeger talrijk waren, zijn intussen zeldzaam of zelfs al verdwenen. De patrijs, tegenwoordig een echte akkervogel, is zo’n soort die nog ternauwernood overleeft. Speciale maatregelen die door goedwillende boeren uit te voeren zijn, kunnen voor de patrijs van grote betekenis zijn. Keverbanken zijn zo’n maatregel.

Keverbanken zijn stroken land die 40 tot 50 centimeter hoger worden gemaakt dan de omliggende akker. Een verhoogde strook van drie meter breed (maar: zo lang mogelijk) wordt ingezaaid met een gras-en-kruidenmengsel. De verhoogde strook wordt bovendien aan beide zijden geflankeerd door stroken die op dezelfde manier worden ingezaaid. Dat voorziet insecten, zoals loopkevers, van een prima leefgebied. En patrijzen van voedsel én een veilige broedplek in het akkerland: een plek die niet met machines wordt bewerkt en jaarrond dekking biedt.

Een opgeploegde keverbank bij Oude Doorn (Bron: Jochem Sloothaak)

Een keverbank kost land, maar levert ook een voordeel: de rijkdom aan insecten die zich in de strook ophoudt, helpt bij de onderdrukking van plagen in het landbouwgewas. Er kan dus zowel voor de boer als voor de patrijs een voordeel zijn.

Het ingraven van ‘pitfalls’ voor insectenonderzoek bij een keverbank (Bron: Jochem Sloothaak)

In Nederland werden niet eerder keverbanken toegepast waarbij hun effecten op landbouw, insecten en vogels intensief zijn gevolgd. Dat gebeurt nu wel, in Burgh-Sluis en Oude Doorn zijn dit voorjaar vijf keverbanken aangelegd in akkerland. De keverbanken zijn het resultaat van het Interreg project PARTRIDGE, waarin Brabants Landschap, Het Zeeuwse Landschap, Stichting Landschapsbeheer Zeeland en Vogelbescherming Nederland, samen met landbouwers, collectieven voor agrarisch natuurbeheer, wildbeheereenheden en vogelwerkgroepen, de patrijs weer perspectief willen geven op het platteland.

Meer informatie

Tekst: Lars Soerink, Vogelbescherming Nederland
Foto’s: Jochem Sloothaak, Brabants Landschap (leadfoto: patrijs)

jaarverslag 2016 Natuur- en Weidevogelbescherming Reusel de Mierden

                 

In goede samenwerking met de grondeigenaren van afdeling Reusel de Mierden heeft de Natuur- en (Weide-)vogelvereniging 2016 afgerond en vastgelegd in haar jaarverslag 2016.

Alle inspanningen ten spijt blijft de stand van alle boerenlandvogels op zijn minst zorgelijk.

De weidevogelvereniging is niet bij de pakken neer gaan zitten, maar blijft zich inzetten en ontwikkelt steeds weer nieuwe ideeen om de kans op succes te verbeteren.

Kijkt u het mooie verslag maar eens in:

verslag 2016 WVV Reusel

 

‘…en daarom pakken we het grondwerk met de hele buurt samen op…’

Vrijdagmiddag 31/3, lekker zonnetje, opnieuw een mooie opkomst voor de cursus ‘Agrarisch Randenbeheer’ van ANV Kempenland en dat trof, want deze 2e les was een praktijkles, dus werden de 42 aanwezige deelnemers in 3 groepen uitgenodigd om mee naar buiten te gaan. De 4e groep moest binnen blijven voor een theoretische achtergrond, maar gelukkig rouleerden de groepen.

 

agrarisch natuurbeheer

Agrarisch Randenbeheer is een vorm van natuurbeheer door particulieren in het buitengebied. De buitenste rand van een akker of weiland wordt als natuurstrook ingericht, met kruiden en granen en een aangepast beheer om miniatuur-natuur een kans te geven in het agrarisch gebied. Deze natuurstroken met hun fraai bloeiende kruiden en bijbehorende insecten kunnen voor akkervogels net een kans op overleven betekenen. Maar ze kunnen ook nuttig zijn met het oog op beheersing van plagen in de hoofdgewassen op de akkers.

en de waterkwaliteit

waar mogelijk worden deze stroken langs een watergang aangelegd, om te voorkomen dat bemesting en gewasbeschermingsmiddelen voor het hoofdgewas in het oppervlaktewater terecht komen.

een andere tak van sport

Onder de deelnemers waren grondbezitters met ervaring op het gebied van agrarisch natuurbeheer. Met name de agrariers ervaren dit toch wel als een andere tak van sport binnen hun bedrijfsvoering. Voor de smalle stroken is een apart bewerkingsprogramma nodig, met de inzet van doelmatige machines. ‘…daarom bewerken we onze randen met de hele buurt tegelijk….’, zo wist een van de deelnemers een oplossing aan te dragen.

kruisbestuiving

De deelnemers komen niet alleen uit ons eigen Kempenland. Het mooie van een goede opkomst is niet alleen dat je zo veel mensen bereikt, maar de deelnemers zelf kunnen ook onderling contacten leggen om samen tot de beste resultaten te komen.

Brede ondersteuning

Vanwege het grote belang van agrarisch natuurbeheer voor de leefbaarheid van het platteland en voor de waterkwaliteit wordt de cursus van ANV Kempenland ondersteund door Waterschap de Dommel, Collectief Midden Brabant en O+BN / VBNE.

meer weten:

info@anvkempenland.nl

     

 

Akkerbouwers zetten akkerranden in tegen wateroverlast

Bron: Nieuwe oogst jan. jl.

ACHTERGROND

Akkerbouwers rond Kruisland stellen hun akkerranden beschikbaar om het risico van wateroverlast te verkleinen en tegelijk voor de aanleg van de ecologische verbindingszone in het gebied. Ze blijven wel eigenaar van die akkerranden en ontvangen een vergoeding voor de waardedaling van de grond, de aanleg en het onderhoud.

De Kruislandse akkerbouwers hebben sinds 1998 diverse keren te maken gehad met wateroverlast. Dat komt vooral doordat de Kruislandse polder het laagste deel is van het stroomgebied van de kreken. Meestal ontstaat de wateroverlast niet direct na regenbuien, maar pas enkele dagen daarna, als het water naar de polder is gestroomd.

De akkerbouwers zijn de overlast zat. Al jaren pleiten ze bij het waterschap Brabantse Delta voor maatregelen. Tegelijk moet het waterschap nog 6,5 kilometer ecologische verbindingszone (EVZ) aanleggen in het gebied.

Uiteindelijk leidden de discussies tot het project Cruijslandse Kreken en Smalle Beek. Dat ging op 1 april vorig jaar van start, een samenwerking tussen de akkerbouwers, waterschap Brabantse Delta, de gemeenten Steenbergen en Roosendaal, de provincie, Staatsbosbeheer en Brabants Landschap.

Er was vaker overlast dan de cijfers van het waterschap aangaven

KEES GOMMEREN, AKKERBOUWBESTUURDER EN VERTROUWENSPERSOON VAN HET PROJECT

Vertrouwenspersoon

In de overleggen over de uitvoering van het project zitten drie boeren, elk namens een deel van het gebied: Toine van Tiggelen, Sander Huijsmans en Jack van Oorschot. De ervaren akkerbouwbestuurder Kees Gommeren heeft een taak als vertrouwenspersoon voor beide partijen. ‘Kees kent heel veel mensen en kan goed met mensen omgaan’, vertelt Van Tiggelen in de kantine op het bedrijf van Gommeren.

Het traject met het waterschap ontstond in 2014 na een bijeenkomst waar het waterschap uitleg gaf over de eerste fase van project Cruijslandse Kreken. Het schap kwam daar met berekeningen over wateroverlast die helemaal niet overeen kwamen met de ervaringen van de akkerbouwers, zegt Gommeren. ‘Er was vaker overlast dan die cijfers aangaven.’

Er ontstond een discussie over wat overlast is. Volgens de boeren is dat als er water vanuit de sloten het land op stroomt. Volgens het waterschap is dat pas als dat water meer dan 48 uur op het land staat. Maar dan is er al veel schade aangericht aan dure teelten, zoals pootaardappelen, bomen en bloembollen.

De drie boeren zijn kritisch over de opstelling die het waterschap toen had. Gommeren: ‘Ze erkenden ons probleem niet.’ Op de bijeenkomst liet het schap ook weten dat er geen geld meer was om de 6,5 kilometer EVZ aan te leggen.

Hydrologen

Er volgden diverse overleggen. Dat was de aanloop naar het project samen met de andere partijen. De boeren brachten ideeën in en het waterschap rekent die nu door. Bij de overleggen zitten hydrologen, ecologen en buitendienstmedewerkers van het schap met de boerenvertegenwoordigers aan tafel.

Ook kwam een gebiedsmakelaar bij de akkerbouwers praten over het benutten van akkerranden voor natuur en/of waterberging. Een deel van de akkerbouwers deed snel mee. Anderen zijn nog niet overtuigd. ‘De meest vooruitstrevende boeren doen het eerst mee’, zegt Van Tiggelen. ‘Maar het hangt er ook van af wat voor grond het is, waar die ligt en hoe groot het risico is op waterschade.’

In de loop van het proces zijn de boerenvertegenwoordigers steeds positiever over het waterschap. Huijsmans: ‘Als je de houding van het waterschap tijdens die eerste avond vergelijkt met nu, dan is dat een groot verschil. Die is veranderd van zeer negatief naar positief.’

Van Tiggelen: ‘Ze hebben goed naar onze knelpunten geluisterd. Ze denken nu supergoed mee en berekenen onze voorstellen goed door.’

Knop om

Volgens Van Tiggelen is het waterschap nu ook alerter, omdat de boeren ‘minder slikken’, na de waterschades in de laatste jaren.

Huijsmans heeft meer begrip gekregen voor het waterschap. ‘Dat wil misschien wel meer, maar wordt vaak belemmerd door regels. De buitendienstmensen zouden meer verantwoordelijkheid moeten krijgen, bijvoorbeeld bij het bepalen van het zomer- en winterpeil en van het moment van uitwateren als er regen op komst is. Als wij daarom vragen zeggen ze: ‘Je hebt gelijk, maar we mogen niet.’ Bij het waterschap moet nog wel een knop om.’

De meeste weerstand ondervinden de boeren nu bij Staatsbosbeheer en het Brabants Landschap. ‘Zij hebben zelf het minste belang bij waterberging op hun terreinen’, zegt Huijsmans. ‘Ze willen daar ook geen gebiedsvreemd water. De gemeenten, het waterschap en wijzelf willen allemaal wel.’

Gommeren is positiever: ‘Alle clubs die om tafel zitten hebben zeker de intentie om eruit te komen.’

De drie boerenvertegenwoordigers zijn het erover eens dat het project kansen biedt voor boeren. ‘We hopen dat iedereen er serieus over nadenkt’, zegt Van Tiggelen. ‘Deze kans moet je niet zo maar voorbij laten gaan. Het zou zonde zijn als dit niet lukt. Wat moeten we dan? Het waterschap doet nu ook zijn uiterste best. Als boeren zeggen: ‘Dit is mijn probleem niet’, dan gebeurt er niets.’

Algemene Ledenvergadering ANV Kempenland 16/3

Ledenvergadering

Alle leden zijn weer van harte welkom op onze jaarlijkse Algemene Ledenvergadering. Wij praten u graag bij over onze activiteiten, we lichten de begroting toe en we kijken vooruit 2017 in, zodat u weer helemaal op de hoogte bent.

Thema na de pauze

Na de pauze (21.00u) is iedereen, lid of geen lid, welkom om te komen luisteren naar Jochem Sloothaak, die u meeneemt naar de verborgen wereld van de zoogdieren en vogels op het platteland. Jochem is coordinator soortenbescherming Brabants Landschap. Hij laat u kennismaken met de belevenissen van een soortenbeschermer in het buitengebied en hij geeft tips hoe u op uw grond mee kunt helpen om de soortenrijkdom te behouden. Wij hebben hem gevraagd om speciaal in te zoomen op de patrijs, omdat we een project voorbereiden ten westen van Hilvarenbeek.

donderdag, 16 maart 20.00u, (zaal open 19.30u)

de Beukentuin,

ir. Mettropweg 3, 5528 NV Hoogeloon

Nieuw project: Patrijs-Paradijs Hilvarenbeek

Ten westen van Hilvarenbeek zijn nog patrijzen te vinden  in het boerenland. Omdat het gebied van oudsher zeer geschikt was voor patrijzen is er maar weinig nodig om het de patrijs hier weer naar de zin te maken. ANV Kempenland wil zich daar graag voor inzetten. De gemeente Hilvarenbeek heeft zich achter het plan geschaard en stelt geluidsboxjes voor het buitenwerk ter beschikking.

Samen met een groep enthousiaste mensen die het gebied goed kennen is een plan opgezet. Deze week inventariseren vrijwilligers het gebied over 5 transecten, om vast te stellen hoeveel patrijzen er nu zitten: de zg. nulmeting. Door periodiek zo’n inventarisatie te doen volgen we de aantallen (monitoring) en kunnen we straks precies of het project succes heeft.

Meer weten?

volg de link: http://2017 03 09 Hilverb_Patrijzenproject2_1

of kom zondag 2 april naar de infomarkt over Hilvarenbeek Buitengewoon in de Elckerlijck.

 

 

 

Landcooperatie Dal van de Kleine Beerze mooi van start: 1e ledencertificaten uitgereikt!

Duurzame landbouw langs Kleine Beerze

 

Middelbeers, 10 februari 2017 – Boeren en burgers realiseren samen duurzame landbouw en natuur langs de Kleine Beerze. Hierbij sluiten zij aan bij plannen van het waterschap en de gemeenten om de beek weer te laten meanderen en het gebied verder in te richten. Voor haar coöperatieve aanpak om natuur en landbouw in harmonie te ontwikkelen, ontvangt de landcoöperatie Dal van de Kleine Beerze de agrofoodpluim van de provincie Noord-Brabant.

 

Zes agrarische ondernemers namen met hulp van het streeknetwerk Huis van de Brabantse Kempen het initiatief om landbouwgronden bij het Dal van de Kleine Beerze te gebruiken als proeftuin voor duurzame landbouw, landschap en natuur. De nieuw opgerichte coöperatie Dal van de Kleine Beerze koopt de gronden van de provincie en verpacht deze aan boeren uit de regio. De coöperatie zal in nauwe samenspraak met de boeren bepalen hoe de gronden gebruikt zullen worden.
“In het project investeren burgers vanuit het hart, niet vanuit de portemonnee.”, aldus coördinator van de coöperatie Frans Verouden. “Het rendement voor de investeerder zit vooral in de invloed en betrokkenheid bij de verbetering van de directe leefomgeving. De gronden worden namelijk beheerd met oog voor een beter milieu, duurzaam bodembeheer, een mooier landschap en het bevorderen van biodiversiteit. Voor boeren een kans om duurzame landbouw te bedrijven en voor burgers een kans om mee te beslissen over en bij te dragen aan een vitaal platteland.”

 

De landcoöperatie kan in een periode van vijf jaar rond de 30 hectare grond kopen van de provincie. Die gronden zijn vooral geconcentreerd in een gebied van twee kilometer langs de Kleine Beerze, bij Molenbroek en Spekdonken. De coöperatie moet zich buigen over wat er precies met die grond gaat gebeuren, maar er zijn al veel ideeën. Zo is het de bedoeling dat er een 10 meter breder grasstrook direct naast de beek komt en dat tien procent van de naastliggende landbouwgronden bestaat uit akkerranden. Op deze grasstrook en akkerranden wordt geen mest uitgereden of pesticiden gebruikt. Ook wordt het maaien afgestemd op weidevogels. Op alle graslanden zullen meerdere grassoorten, kruiden en klavers worden gebruikt en op de landbouwgrond zullen de boeren gevarieerd telen om de bodem niet uit te putten. Hierbij wordt gedacht aan gerst en granen. Met levering van gerst aan de lokale bierproducent of het aanleggen van wandelpaden kan dit gebied ook bijdragen aan de lokale economie.

 

Gedeputeerde Anne-Marie Spierings reikte de Agrofoodpluim uit bij de officiële start van de werving van leden voor de coöperatie. Spierings: “Vroeger pasten boeren zich aan op de natuur of creëerden bedoeld of onbedoeld natuur. Zo gingen landbouw en natuur hand in hand, ook in de beekdalen. De laatste decennia werden ze steeds meer elkaars tegenstanders. De boeren en burgers rondom de Kleine Beerze brengen landbouw en natuur weer samen op een eigentijdse manier: samen verantwoordelijk voor natuur en voedselproductie. Een voorbeeld dat navolging verdient!”

 

Meer informatie over de Landcoöperatie Dal van de Kleine Beerze en  het verkrijgen van een certificaat vindt U via www.dalvandekleinebeerze.nl

 

 

Volle bak bij ‘Minicursus Randenbeheer’

Vanuit de ledenenquete kwam naar voren dat uw belangstelling uit gaat naar goed randenbeheer, met alle haken en ogen die daaraan verbonden zijn. Toch waren wij verrast door het grote aantal aanmeldingen dat we mochten ontvangen voor de voorjaarscursus.

Aan de hand van een mooie presentatie nam Boki Luske van het Louis Bolk Instituut de zaal mee in de wereld van agrarisch randenbeheer, waar het aankomt op delicate natuurlijke evenwichten. Met haar aansprekende beelden maakte ze duidelijk hoe divers de inzet van randenbeheer kan zijn. het komt er op aan om de juiste rand met de optimale breedte op de juiste plek te leggen, afgestemd op de bodemgesteldheid, de bezonning, de vochthuishouding, het talud, maar ook afgestemd op de omgevingsfactoren en vooral ook op het gewas en de kwetsbaarheden van het gewas.

DSC00763 Cropp

Is het gewas gevoelig voor luis, kies dan voor randen die sluipwespen welkom heten. Zorg dat er dan ook het hele seizoen aantrekkelijke bloei voor de sluipwesp en haar larven aanwezig is. Niet te geloven hoe uitgekiend de sluipwesp haar eieren afzet om voor de larven zoveel mogelijk luizen op het menu te krijgen. En luizen zijn we natuurlijk liever kwijt dan rijk.

Zijn er misschien akkervogels in de buurt, kies dan voor soorten die insecten aantrekken en zaai graan mee in de rand, zodat er ook in de winter nog iets te krijgen is in de snackbar.2017 01 30 Randencursus Dag 1_10 Cropp

Zaaitijd, weersomstandigheden, licht- en donkerkiemers, je kunt heel ver gaan in de optimalisatie van je randen, zoveel hebben we kunnen zien.

De zaal dacht hoorbaar mee. Er kwamen kritische en praktische vragen ter tafel, Boki stimuleerde het meedenkend vermogen van de zaal en zo bleek dat er in ons midden heel veel specifieke kennis aanwezig is.

DSC00762 Cropp

Voor de meeste cursisten was er een mooie informatiemap beschikbaar, maar we kwamen er enkele te kort. We willen kunnen dit niet echt goedmaken, want het betrof een beperkte oplage, die niet meer gereproduceerd kan worden. Misschien kan er onderling wat geleend of geschoven  worden.

Alle theorie is mooi, maar we willen natuurlijk zien hoe het moet. De volgende keer gaan we naar buiten met Sander Bernaerdts van Naturim, maar daar over later meer!

2017 01 30 Randencursus Dag 1_5 Cropp

Dankzij welwillende ondersteuning van Waterschap de Dommel, Collectief Midden Brabant en O+BN, zowel meedenkend als financieel kunnen wij deze cursus op een hoog kwaliteitsniveau aanbieden.

Logo Ws de DommelFC kleinlogo ANB Midden Brabant CROP Louis Bolk logo OBNhuisstijlproef.indd VBNE logo

 

 

Verrassend filmpje over ‘Voedselbos’

ingebracht door Gerrit Coppens

Kwam een mooie documentaire over een voedselbos. Er wordt duidelijk uitgelegd hoe diverse gewassen als symbiose met elkaar kunnen groeien. Het lijkt me een filmpje voor op site en FB. Er mag dan wel het onderschrift bijgezet worden dat op dit moment dergelijke vormen van landbouw niet rendabel zijn. Heel het project draait op vrijwilligers en het bedrijf krijgt een positief saldo omdat arbeid niets kost.
Filmpje kijken?

https://www.youtube.com/watch?v=TmnbVlL2qd8

 groetjes Gerrit